Ga naar de inhoud

Evolutionair

Wat zou biologisch gezien de functie kunnen zijn van al die positieve effecten van bewegen op ons brein?

Hieronder een evolutionaire verklaring als antwoord op deze vraag.

Born to RUN

Han Baeten: Als runningtherapeut ontmoet ik wel eens klanten die me vertellen dat ze niets met hardlopen hebben, het ook niet kunnen, hardlopen echt niets voor hun is en ze daar gewoon niet voor gebouwd zijn. Tijdens zo’n begeleidingstraject kan ik het dan niet laten om te beginnen over onze vroege voorouders: de jagers en verzamelaars. En dan leg ik ook uit wat hardlopen doet met ons brein en waarom. Met onderstaand artikel hoop ik niet alleen mijn eigen klanten, maar alle overige geïnteresseerden de nodige informatie te verschaffen over

  • Waarom produceert het lichaam meer ‘feel good’ stofjes wanneer je een stuk gaat hardlopen?
  • Wat is de functie van toegenomen productie van endorfine bij een duurloop?
  • Hoe komt het nou dat je geheugenfuncties verbeteren als gevolg van regelmatig sporten?

Ongetwijfeld is er ooit een goede reden geweest voor het ontstaan van die koppeling tussen hardlopen en allerlei processen in ons brein. We gaan daarvoor een stuk terug in de tijd, pakweg zo’n 120.000 jaar geleden. De tijd dat we nog als jagers en verzamelaars rondliepen.
Maar eerst even wat feitjes over onze natuurlijke aard:

Geboren hardlopers

Zo’n 40% van de Nederlanders, dat zijn ongeveer 7 miljoen mensen, loopt wel eens hard volgens NPOfocus. Daarnaast heb je ook de nodige Nederlanders die liever in groepsverband achter een bal aan jagen, zoals bijvoorbeeld bij voetbal (KNVB telt een kleine 2 miljoen leden) en hockey (KNHB heeft een kwart miljoen leden). En ook in veel andere sporten vormt hardlopen een onderdeel van de sport.
We zijn niet alleen in staat om hard te lopen, maar we zijn van nature ook nog eens extreem goede lange afstand lopers. Hieronder enkele staaltjes van ons bijzondere uithoudingsvermogen:

  • In 2018 hebben in totaal maar liefst 1.3 miljoen Nederlanders een volledige marathon uitgelopen (bron).
  • Maar de mens kan nog veel verder dan 42 km aan een stuk hardlopen: de Ultra Trail du Mont Blanc, populair onder Nederlandse ultralopers, is een trailrun van maar liefst 168 kilometer met bijna 10.000 hoogtemeters! Zie ook het overzicht van andere lange trailruns.
  • Ultra-triathlons laten al helemaal zien waar mensen toe in staat zijn. Zo starten de deelnemers bij een deca ultrathriathlon met 38 km zwemmen, gaan ze vervolgens 1800 km fietsen en sluiten de wedstrijd af met een duurloop van maar liefst 422 km! En wat dacht je van de Double Deca Ultra Triathlon? De Amerikaanse Laura Knoblac heeft onlangs (2020) het Wereldrecord op deze afstand verbeterd met een tijd van 633 uur, 41 minuten en 39 seconden – oftewel 26 dagen en 9:41:39 uur.
  • En hoe doen we het als mens in vergelijking met andere duurlopers in de natuur zoals het paard? Al vele jaren worden hardloopwedstrijden georganiseerd tussen paard en mens op de lange afstand, zoals de 50-Mile Man Against Horse Race in Prescott, Arizona.

En we zijn niet alleen goed in duurlopen, maar we zijn er ook nog eens heel lang heel goed in. Uit cijfers van marathonwedstrijden blijken 64-jarigen zich nog te kunnen meten met 19-jarigen.

Anatomische voordelen van de Homo Sapiens

De universiteit van Utah en Harvard hadden in 2004 al 26 kenmerken aan het menselijk lichaam ontdekt die duiden op onze natuurlijke aard van langeafstandlopers. Hieronder enkele hiervan:

  • De mens is het enige zoogdier dat zijn warmte grotendeels kwijtraakt door te zweten. Alle schepsels met een vacht koelen voornamelijk af door adem te halen en dat betekent dat hun hele systeem voor warmteregeling in hun longen is gelokaliseerd. Maar de mens, met zijn miljoenen zweetklieren, is de beste luchtgekoelde machine die de evolutie op de markt heeft gebracht. Door af te koelen middels zweten in plaats van te hijgen, kunnen we koel blijven op snelheden en afstanden die andere dieren zouden oververhitten. De natuurlijke respons van alle hardlopende zoogdieren: op het moment dat ze meer hitte in hun lichaam hebben opgebouwd dan ze via hun bek kunnen weghijgen, moeten ze stoppen of sterven. Om een antilope ‘dood’ te lopen op een warme dag zou 10-15 km al voldoende zijn.
  • Een achillespees die de kuit met de hiel verbindt
  • Veel veerkrachtinge pezen in de voeten en benen: pezen nemen energie op en geven de energie daarna weer terug net als een elastiek.
  • Gewelfde voeten. Ter vergelijk: de voeten van chimpansees zijn plat.
  • Korte en rechte tenen, wat hardlopen bevordert. Ter vergelijking: de tenen van chimpansees zijn lang en gespreid.
  • Zware grote bilspier, alleen nodig voor hardlopen.
  • Nekligament (hebben chimpansees niet, honden en paarden wel), wat de functie heeft om het hoofd recht te houden als een dier zich snel voortbeweegt.
  • Relatief groot hoofd wat de nodige ballast geeft om in balans te blijven (net als dakverzwaring die gebruikt wordt bij wolkenkrabbers).

Evolutionaire verklaring voor ons aangeboren talent


Hoe lang lopen wij hier al rond? Homo Erectus (Latijn voor ‘rechtopgaande mens’) is onze verre, verre voorouder en een uitgestorven mensensoort die van 1,9 miljoen tot 140.000 jaar geleden leefde. De Homo Antecessor (mogelijk onze directe voorouders) kwam voor van 1,2 miljoen tot 800.000 jaar geleden. En de oudste Homo Sapiens fossielen waarvan we een goede datering hebben, komen uit Zuid-Afrika. Ze zijn 120.000 jaar oud (andere bronnen spreken over 280.000 tot 350.000 jaar). Deze Homo sapiens verspreidde tussen 120.000 en 60.000 jaar geleden vanuit Afrika over de rest van de wereld.

Jagers en verzamelaars
In het geschiedenisboek van de mensheid beslaan de hoofdstukken die de jager-verzamelaars behandelen verreweg de meeste bladzijden. Tenminste, dat zou zo moeten zijn gekeken naar de tijd dat de mensheid de aarde voornamelijk als nomaden bevolkte. De eerste mensen (Homo Habilis en Homo Rudolfensis) leefden 2,4 miljoen jaar geleden als jager-verzamelaar. Hun opvolgers – Homo Erectus, Homo Heidelbergensis, de Neanderthaler (Homo Neanderthalensis) – leefden ook van jagen en verzamelen.

Hoe zag dat jagen er dan eigenlijk uit in die tijd?

De oudste pijl en boog die gevonden zijn dateren van 64.000 jaar geleden. Dat betekent dat onze voorouders het relatief lange tijd zonder pijl en boog moesten stellen. Daarvoor had de mens voor de jacht wel beschikking over de speer.
De oudste speer die gevonden is dateert van zo’n 350.000 jaar geleden.
Dat betekent dus dat mensachtigen voor het grootste deel van ons bestaan – bijna twee miljoen jaar – vlees met hun blote handen bemachtigden!

Onze manier van jagen kenmerkte zich aanvankelijk door groepsgewijs achter het wild aan te jagen totdat dit wild uitgeput raakte, ook wel renjacht genoemd. In ‘Born to run’ wordt mooi voorgerekend hoe op een warme dag met een gemiddelde snelheid van 9,2 km / uur een antilope binnen 10-15 km gevangen wordt.
Nu zijn er nog steeds enkele stammen die zo jagen, zoals de Tanzaniaanse Hadza en enkele San/Bosjesmannen in de Kalahari / Namibië.

Ook in de documentaire The Great Dance: A Hunter’s Story (2000) is te zien hoe de !Xo San Bosjemanjager Karoha Langwane een kudu tot uitputting loopt.

Zojuist had je al gelezen over onze anatomische bouw die ons mensen uitermate geschikt maakt voor lange duurlopen en dus ook voor de renjacht.

Maar waarom doet hardlopen ook iets met ons brein?

De evolutietheorie van Darwin is gebaseerd op de volgende drie basisprincipes: natuurlijke variatie, selectie en erfelijkheid. Onze voorouders die vanuit een natuurlijke variatie
– lang met gemak konden hardlopen,
– zich daar ook nog eens prettig bij voelden en
– bij wie het lopen ook nog eens het geheugen stimuleerde
hadden duidelijk een evolutionair voordeel tov hun soortgenoten bij wie deze kenmerkende verschillen niet aanwezig waren. Want zij waren in het voordeel bij de renjacht, konden na uren of dagen hardlopen de weg terug naar hun stam vinden en hadden door hun succesvolle jacht meer kans op voldoende voeding om zichzelf én hun nakomelingen te voeden. De natuurlijke selectie die destijds heeft plaatsgevonden zit ongetwijfeld ook nog in ons huidige genetisch materiaal verankerd.Rennen en bewegen in het algemeen heeft positieve effecten op ons brein en die koppeling is verankerd in onze genen. Misschien geldt het omgekeerde ook: door weinig of niet te bewegen doen we onze natuurlijke aard geweld aan, met negatieve gevolgen voor ons brein en onze psyche. Je zou je zelfs kunnen afvragen of ons toenemend zittend bestaan misschien wel (mede)verantwoordelijk is voor de toename van psychische klachten en neurodegeneratieve aandoeningen.

Bronnen