Ga naar de inhoud

Maak een plan

Leestip: Vijf tips voor een goed plan

  • WIE OF WAT GAAT JE HELPEN?
    Kies een of meerdere opties die we je aanreiken op de pagina ‘WIE OF WAT GAAT MIJ HELPEN?’
  • MAAK GEEN PLAN B.
    Dus niet: als ik ‘s avonds thuiskom, ga ik voor óf na het eten hardlopen. Dat veroorzaakt uitstelgedrag.
  • WEES SPECIFIEK.
    Als-dan plannen gebruik je voor specifieke situaties. Een plan zoals: ‘Als ik niks te doen heb, ga ik sporten’ is te vaag en gaat jou niet helpen.
  • KIES DOELEN DIE BELANGRIJK ZIJN VOOR JOU.
    Hoe belangrijker het doel voor jou wordt, hoe groter de kans dat het lukt. Stel je voor hoe jij je zou voelen als je twee keer per week na je werk een rondje gaat hardlopen: hoe voelt dat? Hoe voelt het als je trots thuiskomt? Als je dat voor je ziet, kan het doel voor jou meer betekenen en belangrijker worden.
  • GELOOF IN JEZELF
    Als-dan plannen werken alleen als jij gelooft dat je het kunt. Stel dus haalbare doelen, maar probeer niet teveel aan jezelf te twijfelen. Je kunt meer dan je misschien denkt! De basis van een als-dan plan is dat de als gericht is op lastige momenten.
  • KEN JE EIGEN TRIGGERS.
    Denk dus goed na over welke momenten je moeilijk vindt. Is het thuiskomen van werk voor jou een lastig moment? Dan helpt het misschien om je sportkleren vast klaar te leggen zodat je die gelijk ziet als je thuiskomt. Wil je gezonder eten? Dan helpt het om eens een dagboek bij te houden. Wanneer grijp je naar snacks of eet je te veel? Op welk moment van de dag, tijdens welke bezigheid, wat is er daarvoor gebeurd, hoe voel je je?

Maak jouw eigen plan van aanpak om jouw doel te bereiken, inclusief wie en wat jou gaat helpen, je valkuilen en hoe je die gaat omzeilen en de beloningen die je in het vooruitzicht stelt.